2020-106 |
Toepassing van buitenlands recht |
2020-107 |
Le Brexit et les conventions de La Haye |
2020-108 |
Een nieuw Belgisch huwelijksgoederenrecht – stelsels van scheiding van goederen |
2020-109 |
Wijzigingen in de Syrische Wet op het Personeel Statuut: Wezenlijke hervormingen of cosmetisch knip- en plakwerk? |
2020-110 |
Kroniek IPR/internationaal familierecht |
2020-111 |
Het Familierechtshuis. Digitaal scheiden op z’n Deens |
2020-112 |
Een kindje van de ooievaar? Over draagmoederschap: heden en toekomst |
2020-113 |
Zes-maandstermijn voor eerste huwelijksdomicilie ook aanhouden bij de Huwelijksvermogensrechtverordening? |
2020-114 |
Nieuw IPR inzake huwelijksvermogensrecht en huwelijksbetrekkingen |
2020-115 |
De globale erfovereenkomst naar (nieuw) Belgisch recht |
2020-116 |
Goederenrechtelijke rechtskeuze in het IE-recht, een goed idee? |
2020-117 |
Ltd’s in the Netherlands and BV’s in the UK after a no-deal Brexit |
2020-118 |
Grensoverschrijdende nalatenschappen: Nietige rechtskeuzes leveren kostbare procedures op … |
2020-119 |
Arbeidsovereenkomst en arbeidsverhoudingen in het IPR |
2020-120 |
Distributie: enkele beschouwingen |
2020-121 |
Aansprakelijkheidsrisico’s voor Nederlandse ondernemingen en hun bestuurders in geval van de insolventie van een Duitse dochtervennootschap |
2020-122 |
Grensoverschrijdende ondergrondse kabels en leidingen |
2020-123 |
Conflit mobile in het IPR-goederenrecht |
2020-124 |
Preach What You Practice: The Allocation of Claims in Cross-Border Multi-Party Disputes |
2020-125 |
Over de dam die een claimtsunami moet gaan tegenhouden: de scope rule en zijn (on)verenigbaarheid met Europees bevoegdheidsrecht |
2020-126 |
Editorial: The 2019 Hague Judgments Convention |
2020-127 |
Verdrag van Singapore |
2020-128 |
Feniks – over ficties in het bevoegdheidsrecht. Hof van Justitie van de Europese Unie (tweede kamer) 4 oktober 2018, C-337/17, ECLI:EU:C:2018:805 (Feniks Sp. z o.o. tegen Azteca Products & Services SL), conclusie A-G Bobek, ECLI:EU:C:2018:487 (NIPR 2018, 424) |
2020-129 |
Grensoverschrijdend bankbeslag op geldvorderingen vanuit Nederlands perspectief. Bespreking van het proefschrift van mr. C.A. Oudshoorn |
2020-130 |
Grensoverschrijdend bankbeslag op geldvorderingen. Boekbespreking van: C.A. Oudshoorn, Grensoverschrijdend bankbeslag op geldvorderingen, vanuit Nederlands perspectief (diss. Erasmus Universiteit Rotterdam; Recht en Praktijk nr. FR17), Deventer: Wolters Kluwer 2018 |
2020-131 |
Comment on the Hague Convention of 2 July 2019 on the Recognition and Enforcement of Foreign Judgments in Civil or Commercial Matters. Is the Hague Convention of 2 July 2019 a useful tool for companies who are conducting international activities? |
2020-132 |
Recasting the Insolvency Regulation: Improvements and Missed Opportunities |
2020-133 |
Russisch roulette. Over erkenning van uitspraken tussen Nederland en Rusland |
2020-134 |
Towards a global Hague Convention on the Recognition and Enforcement of Foreign Judgments in Civil or Commercial Matters |
2020-135 |
Buitenlandse aandeelhouders en houders van American Depository Receipts in Nederlandse uitkoopprocedures: rechtsmacht en noodzaak tot dagvaarden |
2020-136 |
Is het oordeel van het Hof van Justitie van de Europese Unie in NK/Fortis inzake de kwalificatie van de Peeters/Gatzen-vordering wenselijk? |
2020-137 |
Prejudiciële vragen in SHAPE/Supreme: over conservatoir beslag en immuniteit. HR 21 december 2018, ECLI:NL:HR:2018:2361 en HR 22 februari 2019, ECLI:NL:HR:2019:292, NIPR 2019, 64 |
2020-138 |
The 2019 Hague Judgments Convention through European lenses |
2020-139 |
Rechtsmacht OK in uitkoopprocedures met betrekking tot in Nederland gevestigde doelvennootschappen. Noot bij Hof Amsterdam 17 september 2019, ECLI:NL:GHAMS:2019:3663 (NIPR 2020, 70) |